Lesson 38 – adjectives (3)


 

Adjectives in Dutch (bijvoeglijk naamwoord)

Vocabulary list

Nederlands English
nat wet
droog dry
algemeen general
bijzonder special
gebruikelijk common
dom stupid
slim clever
druk busy
druk crowded
glad slippery
beroemd famous
lui lazy
stil quiet
verschrikkelijk terrible
voorzichtig careful
sterk strong
zwak weak
eenzaam lonely
compleet complete
wakker awake
meest most
noord north
oost east
zuid south
west west

Exercise