Lesson 13 – Review lesson


Transcript

Hallo. Hello.
Mijn naam is Bart de Pau. My name is Bart de Pau.
Welkom bij ‘Heb je zin?’. Welcome to ‘Heb je zin?’ (are you in the mood?).
Dit is een herhalingsles. This is a review lesson.
In deze les oefenen we zinnen met de grammatica In this lesson we practise sentences with the grammar
van de eerste 20 lessen van #dutchgrammar from the first 20 lessons of #dutchgrammar
over het zelfstandig naamwoord, about the noun,
het lidwoord, the article,
het persoonlijk voornaamwoord, the personal pronoun,
het werkwoord, the verb,
de woordvolgorde, the word order,
het vraagwoord, the question word,
het bijvoeglijk naamwoord, the adjective,
de getallen en het rangtelwoord, the numbers and the ordinal number,
het meervoud, the plural,
het bezittelijk voornaamwoord, the possessive adjective,
het aanwijzend voornaamwoord the demonstrative pronoun
en de voorzetsels. and the prepositions.
Vandaag gaan Martin, Marieke en Gianluca Today, Martin, Marieke and Gianluca are going
naar het café. to the cafe.
In het café gaan ze voetbal kijken. They are going to watch football in the cafe.
Ze staan op straat voor de flat van Martin. They are on the street in front of Martin’s flat.
‘Is het ver naar het café?’, vraagt Marieke. Marieke asks: ‘Is it far to the cafe?’
Nee. No.
Het is niet zo ver: 5 minuutjes. It is not very far: 5 minutes.
Hoe moeten we lopen? Which way should we walk?
Eerst lopen we rechtdoor. First we walk straight ahead.
Dan gaan we de tweede straat naar links. Then at the second street we go left.
En dan meteen naar rechts. And then immediately right.
Het café zit op het einde van die straat. The cafe is at the end of that street.
Daar is het café. There is the cafe.
In het café is het niet druk. It’s not crowded inside the cafe.
‘Het is hier rustig’, zegt Marieke. Marieke says: ‘It’s quiet here’.
‘Hmmm …’, zegt Martin. Martin says: ‘Hmmm …’
Normaal zijn hier altijd veel mensen. There are normally a lot of people here.
Vooral bij een voetbalwedstrijd. Especially for a football match.
Wanneer begint de wedstrijd? When does the match start?
Om 9 uur. At 9 o’clock.
De achtste finale van de Champions League. The eighth final of the Champions League.
Welke clubs spelen tegen elkaar? Which clubs are playing against each other?
Ajax speelt thuis tegen AC Milaan. Ajax is playing at home against AC Milan.
Aha… dan zit iedereen natuurlijk in het stadion! Aha… well then everybody is watching in the stadium!
Dat is hier toch vlakbij? That’s nearby isn’t it?
‘Ja’, zegt Martin. Martin says: ‘Yes’.
Dat is 10 minuutjes fietsen. That is a 10 minute bike ride.
‘Voor wie ben jij?’, vraagt Marieke aan Martin. Marieke asks Martin: ‘Who are you supporting?’
Voor Ajax natuurlijk! Ajax of course!
En voor wie ben jij? And who are you supporting?
Ook voor Ajax. Ajax as well.
Ook voor Ajax? Ajax as well?
Jij komt toch uit Milaan? You are from Milan aren’t you?
Ja, ik kom uit Milaan, Yes, I am from Milan,
maar ik ben een supporter van Inter! but I am a fan of Inter!
En daarom ben ik altijd tegen AC Milaan. And that’s why I never support AC Milan.
En jij Marieke? And what about you Marieke?
Ik ben voor AC Milaan! I am supporting AC Milan!
Huh? Huh?
Maar Ajax is toch een Nederlandse club? But Ajax is a Dutch club, isn’t it?
Ja, maar ik kom uit Rotterdam. Yes, but I am from Rotterdam.
Ik ben voor Feijenoord. I support Feijenoord.
En dus ben ik tegen Ajax! So I don’t support Ajax!
Nou Marieke, dat vind ik niet leuk! Well Marieke, I don’t like that!
Tsja… vrouwen en voetbal… Well… women and football…
dat gaat niet samen Martin… don’t go together Martin…
Hmmm ?!?! Hmmm ?!?!
Oeps, het is niet meer zo gezellig. Ouch, it’s not pleasant anymore.
Martin is boos op Marieke. Martin is angry at Marieke.
En Marieke is boos op Gianluca. And Marieke is angry at Gianluca.
Hoe gaat dat verder? How will that continue?
Dat zien we de volgende keer bij ‘Heb je zin?’. We’ll see that next time on ‘Heb je zin?’.
Tot ziens! See you later!

Related #dutchgrammar lesson(s):

Subtitles in other languages

Hallo. Привет.
Mijn naam is Bart de Pau. Меня зовут Барт де Пау.
Welkom bij ‘Heb je zin?’. Добро пожаловать на ‘Heb je zin?’ (как настроение?).
Dit is een herhalingsles. Это урок-повторение.
In deze les oefenen we zinnen met de grammatica В этом уроке мы практикуем предложения с нидерландской грамматикой
van de eerste 20 lessen van #dutchgrammar из первых 20 уроков #dutchgrammar
over het zelfstandig naamwoord, про имя существительное,
het lidwoord, артикль,
het persoonlijk voornaamwoord, личное местоимение,
het werkwoord, глагол,
de woordvolgorde, порядок слов,
het vraagwoord, вопросительное слово,
het bijvoeglijk naamwoord, прилагательное,
de getallen en het rangtelwoord, числа и порядковые числительные,
het meervoud, множественное число,
het bezittelijk voornaamwoord, притяжательное местоимение,
het aanwijzend voornaamwoord указательное местоимение
en de voorzetsels. и предлоги.
Vandaag gaan Martin, Marieke en Gianluca Сегодня идут Мартин, Марике и Джанлука
naar het café. в кафе.
In het café gaan ze voetbal kijken. В кафе они собираются смотреть футбол.
Ze staan op straat voor de flat van Martin. Они стоят на улице напротив квартиры Мартина.
‘Is het ver naar het caf?’, vraagt Marieke. Марике спрашивает: ‘Далеко до кафе?’
Nee. Нет.
Het is niet zo ver: 5 minuutjes. Не очень далеко: 5 минут.
Hoe moeten we lopen? Как мы должны идти?
Eerst lopen we rechtdoor. Сначала мы идём прямо.
Dan gaan we de tweede straat naar links. Потом на второй улице мы поворачиваем налево.
En dan meteen naar rechts. А потом сразу направо.
Het café zit op het einde van die straat. Кафе находится в конце той улицы.
Daar is het café. Вон там кафе.
In het café is het niet druk. В кафе не очень людно.
‘Het is hier rustig’, zegt Marieke. Марике говорит: ‘Тут тихо’.
‘Hmmm …’, zegt Martin. Мартин говорит: ‘Хм …’
Normaal zijn hier altijd veel mensen. Обычно тут много людей.
Vooral bij een voetbalwedstrijd. Особенно во время футбольного матча.
Wanneer begint de wedstrijd? Когда начинается матч?
Om 9 uur. В 9 часов.
De achtste finale van de Champions League. Восьмая финала Лиги чемпионов.
Welke clubs spelen tegen elkaar? Какие клубы играют друг против друга?
Ajax speelt thuis tegen AC Milaan. Аякс играет дома против Милана.
Aha… dan zit iedereen natuurlijk in het stadion! Аа… тогда, конечно, все смотрят матч на стадионе!
Dat is hier toch vlakbij? Это тут недалеко, не так ли?
‘Ja’, zegt Martin. Мартин говорит: ‘Да’.
Dat is 10 minuutjes fietsen. Это всего 10 минут на велосипеде.
‘Voor wie ben jij?’, vraagt Marieke aan Martin. Марике спрашивает Мартина: ‘За кого ты болеешь?’
Voor Ajax natuurlijk! За Аякс, конечно же!
En voor wie ben jij? А ты за кого?
Ook voor Ajax. Тоже за Яакс.
Ook voor Ajax? Тоже за Аякс?
Jij komt toch uit Milaan? Ты из Милана, не так ли?
Ja, ik kom uit Milaan, Да, я из Милана,
maar ik ben een supporter van Inter! но я болельщик Интера!
En daarom ben ik altijd tegen AC Milaan. И поэтому я всегда против Милана.
En jij Marieke? А ты, Марике?
Ik ben voor AC Milaan! Я за Милан!
Huh? Эх?
Maar Ajax is toch een Nederlandse club? Но Аякс – нидерландский клуб, не так ли?
Ja, maar ik kom uit Rotterdam. Да, но я из Роттерадма.
Ik ben voor Feijenoord. Я болею за Файeноорд.
En dus ben ik tegen Ajax! Поэтому я против Аякс!
Nou Marieke, dat vind ik niet leuk! Ну, Марике, мне это не нравится!
Tsja… vrouwen en voetbal… Даа… женщины и футбол…
dat gaat niet samen, Martin… они не сочетаются, Мартин…
Hmmm?!?! Хм?!?!
Oeps, het is niet meer zo gezellig. Упс, уже больше не так приятно.
Martin is boos op Marieke. Мартин злится на Марике.
En Marieke is boos op Gianluca. А Марике злится на Джанлуку.
Hoe gaat dat verder? Что будет дальше?
Dat zien we de volgende keer bij ‘Heb je zin?’. Это мы увидим в следующий раз на ‘Heb je zin?’.
Tot ziens! До встречи!

Hallo. Привіт.
Mijn naam is Bart de Pau. Моє імя – Барт де Пау.
Welkom bij ‘Heb je zin?’. Ласкаво просимо до ‘Heb je zin?’ (Як настрій?).
Dit is een herhalingsles. Це – урок-повторення.
In deze les oefenen we zinnen met de grammatica В цьому уроці ми попрактикуємо речення з граматикою
van de eerste 20 lessen van #dutchgrammar з перших 20-ти уроків з #dutchgrammar
over het zelfstandig naamwoord, про іменник,
het lidwoord, артикль,
het persoonlijk voornaamwoord, особовий займенник,
het werkwoord, дієслово,
de woordvolgorde, порядок слів,
het vraagwoord, питальне слово,
het bijvoeglijk naamwoord, прикметник,
de getallen en het rangtelwoord, числа та порядковий числівник,
het meervoud, множину,
het bezittelijk voornaamwoord, присвійний займенник,
het aanwijzend voornaamwoord вказівний займенник
en de voorzetsels. і прийменники.
Vandaag gaan Martin, Marieke en Gianluca Сьогодні Мартін, Маріке та Джанлука йдуть
naar het café. в паб.
In het café gaan ze voetbal kijken. У пабі вони збираються дивитись футбол.
Ze staan op straat voor de flat van Martin. Вони стоять на вулиці перед квартирою Мартіна.
‘Is het ver naar het café?’, vraagt Marieke. ‘Чи далеко до пабу?’, запитує Маріке.
Nee. Ні.
Het is niet zo ver: 5 minuutjes. Це не так далеко: 5 хвилин.
Hoe moeten we lopen? Як нам йти?
Eerst lopen we rechtdoor. Спочатку ми підемо прямо.
Dan gaan we de tweede straat naar links. Тоді на другому перехресті повернемо ліворуч.
En dan meteen naar rechts. А потім одразу праворуч.
Het café zit op het einde van die straat. Паб знаходиться в кінці тієї вулиці.
Daar is het café. Ось там і паб.
In het café is het niet druk. У пабі не дуже людно.
‘Het is hier rustig’, zegt Marieke. ‘Тут спокійно’, каже Маріке.
‘Hmmm …’, zegt Martin. ‘Хммм …’, каже Мартін.
Normaal zijn hier altijd veel mensen. Зазвичай тут завжди багато людей.
Vooral bij een voetbalwedstrijd. Особливо під час футбольного матчу.
Wanneer begint de wedstrijd? Коли починається матч?
Om 9 uur. О 9 годині.
De achtste finale van de Champions League. Одна восьма Ліги чемпіонів.
Welke clubs spelen tegen elkaar? Які команди грають сьогодні?
Ajax speelt thuis tegen AC Milaan. Аякс грає вдома проти ФК Мілан.
Aha… dan zit iedereen natuurlijk in het stadion! Аха… тоді, звичайно, усі сидять на стадіоні!
Dat is hier toch vlakbij? Це ж тут поруч?
‘Ja’, zegt Martin. ‘Так’, каже Мартін.
Dat is 10 minuutjes fietsen. Це 10 хвилин на велосипеді.
‘Voor wie ben jij?’, vraagt Marieke aan Martin. ‘За кого ти вболіваєш?’ запитує Маріке Мартіна.
Voor Ajax natuurlijk! За Аякс звичайно!
En voor wie ben jij? А за кого ти вболіваєш?
Ook voor Ajax. Також за Аякс.
Ook voor Ajax? Також за Аякс?
Jij komt toch uit Milaan? Ти ж з Мілану?
Ja, ik kom uit Milaan, Так, я – з Мілану,
maar ik ben een supporter van Inter! але я – вболівальник Інтеру!
En daarom ben ik altijd tegen AC Milaan. І тому я завжди проти ФК Мілан.
En jij Marieke? А ти Маріке?
Ik ben voor AC Milaan! Я вболіваю за ФК Мілан!
Huh? Що?
Maar Ajax is toch een Nederlandse club? Але ж Аякс нідерландський клуб?
Ja, maar ik kom uit Rotterdam. Так, але я з Ротердаму.
Ik ben voor Feijenoord. Я вболіваю за Фаєноорд.
En dus ben ik tegen Ajax! Тому я проти Аяксу!
Nou Marieke, dat vind ik niet leuk! Ну Маріке, мені це не подобається!
Tsja… vrouwen en voetbal… Ну так… жінки і футбол…
dat gaat niet samen Martin… не пасують одне одному, Мартіне…
Hmmm ?!?! Хммм?!?!
Oeps, het is niet meer zo gezellig. Ой, тепер вже не так затишно.
Martin is boos op Marieke. Мартін злиться на Маріке.
En Marieke is boos op Gianluca. А Маріке злиться на Джанлуку.
Hoe gaat dat verder? Що ж буде далі?
Dat zien we de volgende keer bij ‘Heb je zin?’. Це ми побачимо наступного разу в ‘Heb je zin?’.
Tot ziens! До побачення!

Hallo. Cześć.
Mijn naam is Bart de Pau. Nazywam się Bart de Pau.
Welkom bij ‘Heb je zin?’. Witam w ‘Heb je zin?’ (Czy masz ochotę?).
Dit is een herhalingsles. To jest lekcja powtórzeniowa.
In deze les oefenen we zinnen met de grammatica Podczas tej lekcji będziemy ćwiczyć zdania z użyciem gramatyki
van de eerste 20 lessen van #dutchgrammar z pierwszych 20 lekcji #dutchgrammar
over het zelfstandig naamwoord, o rzeczowniku,
het lidwoord, rodzajniku,
het persoonlijk voornaamwoord, zaimku osobowym,
het werkwoord, czasowniku,
de woordvolgorde, szyku zdania,
het vraagwoord, zaimku pytającym,
het bijvoeglijk naamwoord, przymiotniku,
de getallen en het rangtelwoord, liczbach i liczebniku porządkowym,
het meervoud, liczbie mnogiej,
het bezittelijk voornaamwoord, zaimku dzierżawczym,
het aanwijzend voornaamwoord zaimku wskazującym
en de voorzetsels. i przyimkach.
Vandaag gaan Martin, Marieke en Gianluca Dzisiaj Martin, Marieke i Gianluca idą
naar het café. do knajpy.
In het café gaan ze voetbal kijken. W knajpie oni będą oglądać mecz piłki nożnej.
Ze staan op straat voor de flat van Martin. Oni stoją na ulicy przed blokiem Martina.
‘Is het ver naar het café?’, vraagt Marieke. ‘Czy daleko do knajpy?’ – pyta Marieke.
Nee. Nie.
Het is niet zo ver: 5 minuutjes. Niedaleko: 5 minut.
Hoe moeten we lopen? W którym kierunku musimy iść?
Eerst lopen we rechtdoor. Najpierw idziemy prosto.
Dan gaan we de tweede straat naar links. A następnie skręcamy w drugą ulicę w lewo.
En dan meteen naar rechts. A zaraz potem w prawo.
Het café zit op het einde van die straat. Knajpa znajduje się na końcu tej ulicy.
Daar is het café. Tam jest knajpa.
In het café is het niet druk. W knajpie nie ma tłoku.
‘Het is hier rustig’, zegt Marieke. ‘Spokojnie tu’ – mówi Marieke.
‘Hmmm …’, zegt Martin. ‘Hmmm …’- mówi Martin.
Normaal zijn hier altijd veel mensen. Z reguły jest tu zawsze dużo ludzi.
Vooral bij een voetbalwedstrijd. Zwłaszcza przed meczem piłki nożnej.
Wanneer begint de wedstrijd? O której zaczyna się mecz?
Om 9 uur. O 21.00.
De achtste finale van de Champions League. Ósmy finał Champions League.
Welke clubs spelen tegen elkaar? Które kluby grają przeciwko którym?
Ajax speelt thuis tegen AC Milaan. Ajax gra u siebie przeciw AC Milan.
Aha… dan zit iedereen natuurlijk in het stadion! Aha… więc oczywiście wszyscy są na stadionie!
Dat is hier toch vlakbij? To jest przecież w pobliżu, co nie?
‘Ja’, zegt Martin. ‘Tak’ – mówi Martin.
Dat is 10 minuutjes fietsen. To jest 10 minut jazdy rowerem.
‘Voor wie ben jij?’, vraagt Marieke aan Martin. ‘Za kim jesteś?’ – Marieke pyta Martina.
Voor Ajax natuurlijk! Za Ajaxem oczywiście!
En voor wie ben jij? A ty za kim jesteś?
Ook voor Ajax. Też za Ajaxem.
Ook voor Ajax? Też za Ajaxem?
Jij komt toch uit Milaan? Przecież pochodzisz z Mediolanu?
Ja, ik kom uit Milaan, Tak, ja jestem z Mediolanu,
maar ik ben een supporter van Inter! ale ja jestem kibicem Inter!
En daarom ben ik altijd tegen AC Milaan. I dlatego ja zawsze jestem przeciw AC Milan.
En jij Marieke? A ty Marieke?
Ik ben voor AC Milaan! Ja kibicuję AC Milan!
Huh? Huh?
Maar Ajax is toch een Nederlandse club? Ale przecież Ajax jest holenderskim klubem?
Ja, maar ik kom uit Rotterdam. Tak, ale ja jestem z Rotterdamu.
Ik ben voor Feijenoord. Ja jestem za Feijenoord,
En dus ben ik tegen Ajax! więc ja jestem przeciw Ajaxowi!
Nou Marieke, dat vind ik niet leuk! Wiesz Marieke, nie podoba mi się to!
Tsja… vrouwen en voetbal… Taa… kobiety i piłka nożna…
dat gaat niet samen Martin… to nie idzie ze sobą w parze Martin…
Hmmm ?!?! Hmmm ?!?!
Oeps, het is niet meer zo gezellig. Ups, już nie jest przyjemnie.
Martin is boos op Marieke. Martin jest zły na Marieke.
En Marieke is boos op Gianluca. I Marieke jest zła na Gianlucę.
Hoe gaat dat verder? Jak to się dalej potoczy?
Dat zien we de volgende keer bij ‘Heb je zin?’. Przekonamy się o tym następnym razem w ‘Heb je zin?’.
Tot ziens! Do zobaczenia!